Internationaal belastingrecht | transfer pricing

     

    Internationaal belastingrecht

    Steeds meer bedrijven en particulieren hebben werkzaamheden, dan wel ondernemingen in meerdere landen. Als gevolg hiervan willen soms meerdere landen het heffingsrecht claimen over uw inkomsten, dan wel vermogen, met als gevolg dubbele heffing. De belastingverdragen en EU richtlijnen en Verordeningen bepalen welk land heffingsbevoegd is. Specialistische kennis van het internationale belastingrecht is dus vereist om in meerdere landen, dan wel voor het Europese Hof van Justitie tot een geschillenbeslechting te komen.

    Vanwege diverse mondiale en Europese ontwikkelingen (denk aan BEPS projecten van de OESO, ATAD 1 en ATAD 2 in Europees verband, de verplichte gegevensuitwisseling van rulings) is het onze verwachting dat internationale belastinggeschillen meer en meer zullen voorkomen. Ons kantoor heeft ruime ervaring in het voeren van (voor)overleg, dan wel procedures bij de belastingkamer in alle instanties op het gebied van internationaal belastingrecht. Te denken valt aan de volgende deelgebieden:
    • Internationale belastinggeschillen op grond van rulings met de Belastingdienst
    • Fiscale aspecten van emigratie en immigratie
    • Fiscale geschillen in verband met internationale vermogensplanning en -structurering
    • Het voorkomen van dubbele belasting in zijn algemeenheid
    • Renteaftrekbeperkingen in internationale context
    • Vaste inrichting problematiek
    • Toepassing A1 regeling en 30% regeling
    • Feitelijke leiding (substance) discussies
    • Staatssteun

    Transfer pricing

    Wereldwijd schieten de (internationale) controles en verrekenprijsdiscussies als paddenstoelen uit de grond. Als gevolg hiervan kan dubbele heffing optreden waarvoor specialiste kennis is vereist van de (internationale) transfer pricing regels om tot een geschillenbeslechting te komen. In dit verband is ook het opstellen van documentatie van belang om aan de bewijslast te voldoen dat binnen een concern zakelijk wordt gehandeld. Tot 2016 gold er slechts een algemeen transfer pricing documentatie artikel (artikel 8b Vpb). Sinds 2016 gelden er aanvullende documentatie- en informatieverplichtingen afhankelijk van de hoogte van de groepsomzet van het totale internationale concern waarvan de Nederlandse vennootschap deel uitmaakt. Indien de Nederlandse vennootschap onderdeel uitmaakt van een internationale groep met een groepsomzet van meer dan 50 miljoen euro, dan dient een groepsdossier en een lokaal dossier bij de aangifte vennootschapsbelasting beschikbaar te zijn. Als het gaat om een omzet van meer dan 750 miljoen euro dan moet een landenrapport binnen 12 maanden na een boekjaar aan de belastingdienst worden verstrekt (artikel 29c Vpb). Wordt geen gevolg gegeven aan de documentatieplicht dan volgt omkering van de bewijslast en voor het niet voldoen aan het landenrapport kunnen fikse boeten worden opgelegd.

    Op 11 mei 2018 is een nieuw verrekenprijsbesluit gepubliceerd in de Staatscourant. Veel aandacht is er in het nieuwe besluit voor interne transacties met (im)materiële vaste activa. Er is nu ook een bepaling voor de vergoeding voor het gebruik van immateriële activa. Aandacht is er ook voor de koop van aandelen in een ongelieerde vennootschap waarbij de aanwezige immateriële activa binnen de groep wordt overgedragen. De staatssecretaris vindt dat het aankoopdossier in dat geval een essentieel onderdeel uitmaakt van de verplichte documentatie. Ook anderszins is het nieuwe verrekenprijsbesluit strikter en zal bij een onzakelijke winstverschuiving mogelijk een boete worden opgelegd.

    Ons kantoor heeft ruime ervaring in het voeren van (voor)overleg met betrekking tot transfer pricing discussies (waaronder winstallocatie vaste inrichtingen) en schrikken er niet voor terug om hierover procedures te voeren. Ook kunnen onze belastingrecht advocaten u assisteren in de review van de documentatie om te beoordelen of deze aan de wettelijke vereisten voldoen en in het voeren van mutual agreements.

    Onzekere belastingpositie jaarrekeningenrecht

    Onzekere belastingposities zijn posities die ingenomen zijn in de Vpb aangiften, die voor meerdere uitleg of interpretatie vatbaar zijn en dus mogelijk betwist kunnen worden door de verschillende Belastingdiensten (wereldwijd). Hiervoor dient mogelijk een voorziening in de jaarrekening te worden opgenomen op grond van IFRS en NL GAAP. Wilt u als belastingadviseur dan wel accountant een onafhankelijke blik op de vraag of een belastingpositie kan worden betwist door de Belastingdienst dan bent u bij ons kantoor bij het juiste adres. Wij kunnen u assisteren in het in kaart brengen van onzekere belastingposities en werken met u samen voor het kwantificeren van deze risico’s.

    Contact Opnemen